BEGROTING 2020

Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding, ontwikkelingen en risico's

Inleiding, ontwikkelingen en risico's

Inleiding
Deze paragraaf geeft aan hoe de financiële positie van de gemeente zich verhoudt tot de risico's. Om dat te kunnen beoordelen, geven we inzicht in de risico's. Het daarvoor benodigde weerstandsvermogen zetten we vervolgens af tegen de aanwezige weerstandscapaciteit.

Totaalbeeld

Risico inventarisatie

2019  (begroot) €

2020 (benodigd) €

1. Aansprakelijkheid

375.000

335.000

2. Rampen en calamiteiten

160.000

165.000

3. Verbonden partijen

140.000

110.000

4. Open einde regelingen / decentralisaties (excl. wmo-jeugd)

440.000

275.000

5. Grondexploitaties

1.000.000

1.000.000

    vrijval voorziening Doejenburg II on hold

750.000

6. Maatschappelijke risico's en veiligheid

330.000

405.000

7. Verzekeringsbeleid

0

110.000

8. Overige risico's incl.

350.000

260.000

Totaal risico's begroting 2019

2.795.000

Vrijval weerstandsvermogen bij jaarrekening 2018

-76.000

Totaal

2.719.000

Vrijval nieuwe inventarisatie

-59.000

Totaal weerstandsvermogen begroting 2020

3.410.000

Bij de actualisatie van het weerstandsvermogen bij de jaarrekening 2018 is het bedrag aangepast naar € 2.719.000,-. Nu wordt bij de begroting 2020 voorgesteld om € 59.000,- minder te reserveren voor het weerstandsvermogen ten gunste van het vrij beschikbare deel van de Algemene Reserve.

Incidentele weerstandscapaciteit
Op basis van de actuele risico-inventarisatie is de benodigde incidentele weerstandscapaciteit voor 2020 een bedrag van € 3.410.000,-. Belangrijk is hier te melden dat daarnaast de aparte Reserve Sociaal Domein en de voorzieningen voor grondexploitaties zijn bedoeld om de risico's bij open-einde-regelingen en de grondexploitaties (en dan met name BT Doejenburg II) op te vangen.

Berekening weerstandsratio
Om te bepalen of het weerstandsvermogen per 31 december 2020 nog toereikend is, kijken we naar de relatie tussen de financieel gekwantificeerde risico's en de daarbij gewenste en beschikbare weerstandscapaciteit. Het incidenteel beschikbare vermogen definiëren we als volgt:

Beschikbaar weerstandsvermogen

31-12-2019

nieuwe doorrekening begroting 31-12-2020

Incidenteel onvoorzien

0

0

Onbenutte belastingcapaciteit

0

0

Vrije beschikbare reserve

1.781.000

1.048.000

Weerstandsvermogen

2.719.000

3.410.000

Totaal

4.500.000

4.458.000

                 Beschikbare weerstandscapaciteit     4.458.000
Ratio weerstandsvermogen        =  ____________________________   =  _________ = 1.31
o.b.v. de nieuwe doorrekening voor 2020               
                 Benodigde weerstandscapaciteit           3.410.000

De onderstaande normtabel is ontwikkeld in samenwerking met de Universiteit Twente. Het biedt een waardering van de berekende weerstandsratio.

Groter dan 2,0

Uitstekend

Tussen 1,4 en 2,0

Ruim voldoende

Tussen 1,0 en 1,4

Voldoende

Tussen 0,8 en 1,0

Matig

Tussen 0,6 en o,8

Onvoldoende

Kleiner dan 0,6

Ruim onvoldoende

Volgens bovenstaande tabel krijgt onze weerstandsratio van 1,31 in 2020 de beoordeling 'voldoende' en vrijwel gelijk aan de ratio van 2019.  Daarmee kunnen we de conclusie trekken dat het weerstandsvermogen toereikend is in relatie tot de risico's.

Economische ontwikkelingen
Wat betreft de gevolgen van de economische ontwikkelingen verwachten we dat de investeringen van bedrijven ongeveer op hetzelfde niveau blijven. Dit zal zich echter niet vanzelfsprekend vertalen in een verhoogde afname van ruimte op onze bedrijventerreinen. Hiervoor moeten we net als in 2019 met name bij de grondexploitaties een bedrag reserveren.

Invoering vennootschapsbelasting
De invoering van de vennootschapsbelasting leidt tot een verhoogde administratieve last en eventueel tot het betalen van belasting. Over de hoogte van de aanslag in 2018 is nog geen duidelijkheid. We zijn nog in gesprek met de belastingdienst over een aantal standpuntbepalingen. Over 2016 en 2017 is een nihil-aangifte gedaan.
We reserveren geen apart bedrag in het weerstandsvermogen voor de vennootschapsbelasting, maar nemen deze belasting op in onze begroting, zodra er meer duidelijkheid is welk bedrag we daarvoor moeten opnemen. Via een tweemaandelijkse rapportage wordt u hierover in de loop van 2020 geïnformeerd.

Omgevingswet
Naar verwachting treedt de Omgevingswet in 2021 in werking. Het is een wetswijziging die vergelijkbaar is met de decentralisaties in het sociaal domein. Vooralsnog denken we de wijzigingsoperatie binnen de huidige begrotingsbezetting en middelen uit te kunnen voeren. Er wordt een nieuwe Digitaal Stelsel Omgevingswet ingevoerd (DSO) . Alle digitale informatie is straks op 1 plek te vinden: het Omgevingsloket. Via dit loket kan iedereen  inzien wat mag en wat niet volgens de Omgevingswet.
Bij de invoering in 2021 bestaat het risico dat we extra middelen nodig hebben, eventueel ook al in 2020. Mocht dit nodig zijn, dan komen we hier bij de raad op terug. We reserveren vooralsnog geen bedrag hiervoor in het weerstandsvermogen in 2020.

Overige ontwikkelingen
Daarnaast maken we hier melding van enkele risico's waarvoor nu geen extra risicobedrag is opgenomen in het weerstandsvermogen. Het gaat hierbij om risico's waarvoor bijvoorbeeld nog besluitvorming nodig is of het gaat om ontwikkelingen waarvan de risico’s nog niet te kwantificeren zijn. De grootte van deze risico's kan pas nauwkeurig bepaald worden als er keuzes zijn gemaakt over wat we wel en niet gaan doen en er besluitvorming is geweest over de te volgen koers. Het gaat om:

  • Onderhoud scholen (IHP), Duurzaam Meerjarenonderhoudsplan en accommodatiebeleid;
  • Herijking gemeentefonds 2021 waarmee onder meer wordt beoogd om de vastgestelde knelpunten in de verdeling van de middelen voor het sociaal domein op te lossen;
  • Ontwikkeling van legesopbrengsten in relatie tot de PAS-problematiek waardoor vergunningafgifte opgehouden wordt;
  • De uitvoering van de strategische opgaven, met name duurzaamheid en kerngericht werken.
  • De uitvoering van raadsmoties met betrekking tot woningbehoefte en stimulering lokale economie;
  • Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW):  het risico van de bestaande achtervangregeling via de WSW voor twee corporaties in de gemeente Buren. Dit betreft de achtervangregeling van het rijk en de gemeenten voor sociale woningbouwleningen. De achtervang van de gemeenten (50%) en het Rijk (50%) is het sluitstuk van de zekerheidsstructuur binnen het borgstelsel van dit fonds. Het risico dat gemeente Buren als achtervang-gemeente renteloze leningen moet verstrekken als de andere buffers van het fonds onvoldoende zijn, is zeer klein - bijna theoretisch.

Daarentegen kan de risicovoorziening voor Doejenburg (bedrag € 10,1 mln) gefaseerd vrijvallen als voor de ontwikkeling van fase 2 een grondexploitatie is vastgesteld met een solide risico-analyse. Nu kan uit deze voorziening een bedrag van € 750.000 vrijvallen in 2020. Het streven is de grondexploitatie vast te stellen voor de kadernota 2021. De vrijval van € 750.000 is opgenomen onder de overige risico's.

Risicomanagement in organisatie
In de nota weerstandsvermogen en risicomanagement is in 2017 vastgelegd dat we alle mogelijke risico's inventariseren en analyseren middels een risicomanagementmodule. Daarnaast zijn er regels geformuleerd om tot een onderbouwd risicoprofiel én een onderbouwde berekening van de benodigde weerstandscapaciteit te komen. Begin 2019 is deze nota aangepast aan de nieuwe organisatiestructuur (RV/ D.022672/Z.009652).

Risico's
Medio 2019 hebben we wederom bij de halfjaarlijkse risico-inventarisatie een aantal structurele of incidentele risicogroepen benoemd in het weerstandsvermogen. Hieronder vindt u de verwachte ontwikkeling en doorwerking in 2020.

1. Aansprakelijkheid
De gemeente voert veel taken uit en loopt daarbij risico's. Bij het uitvoeren van taken is de gemeente aansprakelijk voor een tijdige en correcte uitvoering. Inwoners en belanghebbenden kunnen de gemeente aansprakelijk stellen als de gemeente deze taken niet goed uitvoert. De wettelijke regelingen zoals de Wet Dwangsom, de Wet Nadeelcompensatie en Schadevergoeding bij onrechtmatige overheidsbesluiten en het Burgerlijk Wetboek (onrechtmatige daad) zijn belangrijke grondslagen voor het aansprakelijk stellen van de gemeente.

Ook wordt informatieveiligheid en beveiliging steeds belangrijker. De Algemene Verordening Gegevensbescherming die in 2018 in werking is getreden, schrijft een privacyfunctionaris voor. En bij verkeerd gebruik van persoonsgegevens moet een data-lek op grond van de Wet Datalekken gemeld worden. Daarnaast gelden er voorwaarden vanuit de BIG (Baseline Informatiebeveiliging Nederlandse Gemeenten) waar risico’s aan vast zitten.

De risico's worden beperkt door het beschrijven van de processen en daarin maatregelen op te nemen. Verder zijn verzekeringen afgesloten tegen de financiële consequenties van mogelijke gebreken in de uitvoering van een taak.

Andere aansprakelijkheidsrisico's komen voor bij de grondexploitaties. Om risico's zo klein mogelijk te houden sluiten we overeenkomsten met de ontwikkelaars van gronden om onder andere planschade af te dekken.

Wij stellen voor om voor de financiële effecten van alle aansprakelijkheidsrisico's in 2020 een bedrag van
€ 335.000,- te reserveren.

2. Opvang bij rampen en calamiteiten
Landelijk is de Handreiking "Regionaal Risicoprofiel" opgesteld. De Wet op de Veiligheidsregio's verplicht de uitwerking van verschillende risicoprofielen. Dit profiel brengt de risico's van alle gemeenten in de regio Gelderland-Zuid duidelijk in kaart. De betreffende risico's voor onze gemeente blijven ten opzichte van voorgaande jaren ongeveer hetzelfde. Het gaat hierbij om risico's ten gevolge van rampen, calamiteiten, klimaatveranderingen en besmettelijke ziektes die de volksgezondheid bedreigen.

Wij stellen voor om voor de financiële effecten van de risico's voor de opvang bij rampen en calamiteiten in 2020 een bedrag van € 165.000,- te reserveren.

3. Verbonden partijen
Een verbonden partij is een privaat- of publiekrechtelijke organisatie waarin de provincie of de gemeente een bestuurlijk en financieel belang heeft. We benoemen in de paragraaf verbonden partijen van onze begroting een aantal risico's daarvoor. De deelnemende gemeenten delen de financiële gevolgen van de verbonden partijen.

Eén van de risico's is onder andere de (CAO-)ontwikkelingen van een aantal verbonden partijen waarover nog afspraken gemaakt moeten worden. In de begrotingen van de verbonden partijen zijn alleen de gemaakte afspraken verwerkt in de begrotingen. Voor dit soort (structurele) ontwikkelingen wordt geen bedrag meegenomen in het weerstandsvermogen.
Wel houden de verbonden partijen in de afgelopen jaren zelf (steeds grotere) buffers aan om eventuele tegenvallers op te vangen. Via de paragraaf weerstandsvermogen en risicomanagement reserveren ze in hun begroting geld voor incidentele tegenvallers. Het weerstandsvermogen is onderdeel van de algemene reserves. De kans dat ze een financieel beroep doen op de gemeenten is daarmee de afgelopen jaren kleiner geworden. De gezamenlijke gemeenten maken afspraken via stemrecht in het algemeen bestuur van de verbonden partijen over deze reserves.

Verbonden partijen

Weerstandsvermogen 31-12-2018 in mln. €

Totaal Eigen Vermogen per 31-12-2018 in mln. €

GGD Gelderland Zuid

0,514

0,514

Werkzaak Rivierenland

1,127

5,872

AVRI

1,464

1,865

Omgevingsdienst Rivierenland

0,348

1,476

Veiligheidsregio

3,683

3,945

Regio Rivierenland

0,474

2,065

Regionaal Archief Rivierenland

0,427

0,436

Totaal weerstandsvermogen verbonden partijen

8,037

16,173

Bij de verbonden partij de AVRI is het risico op hogere (structurele) kosten in 2019. Dit gaat om het eventueel in rekening brengen van mogelijk hogere onderhoudskosten van de begraafplaatsen. Op dit moment wordt die kostenopbouw onderzocht.

Wij stellen voor om voor de financiële effecten van de risico's voor verbonden partijen in 2020 een bedrag van € 110.000,- te reserveren.

4. Open-einde-regelingen / decentralisaties
Het gaat bij de open-einde-regelingen met name om regelingen als de Participatiewet, Leerlingenvervoer en Maatschappelijke Ondersteuning. Daarnaast zijn de transities van overheidstaken in 2015 ingezet. Hierdoor hebben de gemeente een veel groter takenpakket  gekregen met een open-einde-karakter en daardoor met meer risico's. Het gaat dan vooral om de transities in de uitvoering van de nieuwe Wet Maatschappelijke Ondersteuning en de Jeugdwet.

In de loop van 2017 werden de financiële effecten van de transities steeds meer duidelijker. Het bleek dat de in de jaren  2015 tot en met 2017 opgebouwde risicoreserve niet ingezet hoefde te worden. Voor de begroting 2019 - 2023 is voor de kosten voortvloeiend uit de decentralisaties een deel van de in eerdere jaren  gevormde Reserve Sociaal Domein (voor de risico's wmo-jeugd) volledig ingezet. Bij de risico-inventarisatie is een risicobedrag van € 440.000,- nodig ter aanvulling van de reserve Sociaal Domein.

We stellen daarnaast voor om voor de financiële effecten van de risico's voor de open-einde-regelingen en decentralisaties (exclusief wmo-jeugd) een bedrag van € 275.000,- te  reserveren.

5. Grondexploitaties
Bij het opstellen van de grondexploitaties worden de risico's voor dat specifieke project geschat en in de grondexploitatie meegenomen. Is een geraamd bedrag niet nodig omdat het risico zich niet voordoet, dan valt het bedrag vrij ten gunste van het resultaat van het plan. Daarnaast kunnen zich externe ontwikkelingen voordoen die niet project-specifiek zijn en buiten de invloed van de gemeente liggen. Dit zijn de algemene risico's waar de grondexploitatieberekeningen niet of ten dele in voorzien.

Een belangrijk risico is een onverwachte en onvoorziene kostenstijging over de nog te maken kosten voor bouw- en woonrijp maken door de gemeente. Als de verkopen vervolgens vertraging oplopen, heeft dat hogere rentelasten als gevolg. Door de economische ontwikkeling en de bijstelling van de grondexploitaties moesten wij de afgelopen jaren risicobedragen in het weerstandsvermogen opnemen en de verliezen daaruit dekken, met name voor Doejenburg II. Na verwerking van deze onttrekkingen uit het weerstandsvermogen is in 2017 structureel een lager risicobedrag nodig binnen het weerstandsvermogen.

De risicovoorziening voor Doejenburg II (bedrag € 10,1 mln) kan gefaseerd vrijvallen als voor de ontwikkeling van fase 2 een grondexploitatie is vastgesteld met een solide risico-analyse. Nu kan uit deze voorziening een bedrag van € 750.000 vrijvallen in 2020. Het streven is de grondexploitatie vast te stellen voor de kadernota 2021.

In 2019 wordt voor de financiële effecten van de risico's voor de grondexploitaties een bedrag van € 1.000.000,- gereserveerd.
Wij stellen voor om voor de financiële effecten van de grondexploitatierisico's in 2020 ook hetzelfde bedrag
€ 1.000.000,- daarvoor te reserveren en daarnaast € 750.000 voor de vrijval van de risicovoorziening Doejenburg II, in totaal een bedrag van € 1.750.000,-.

6. Maatschappelijke risico's en veiligheid
Als eigenaar zijn we verantwoordelijk voor het in stand houden van onze eigendommen. Bijvoorbeeld voor gebouwen, groenvoorzieningen, wegen en bruggen lopen we grotere risico's door onduidelijkheid over de onderhoudsstatus of door incidentele tegenvallers zoals kapotgevroren wegen. Mocht er sprake zijn van gebrekkig of achterstallig onderhoud, dan wordt de gemeente aansprakelijk gesteld als daardoor (letsel-)schade ontstaat. Dit risico is niet verzekerbaar. Een aanpassing van het onderhoudsniveau heeft, op termijn,  vrijwel altijd een effect op de bijbehorende risico's: hoe hoger het niveau, hoe lager de risico's en omgekeerd.

Wij stellen voor om voor de financiële effecten van de maatschappelijke risico's en veiligheid in 2018 een bedrag van € 405.000,- te reserveren.

7. Verzekeringsbeleid
In juni 2019 heeft het college ingestemd met het voorstel “Anders Verzekeren” per 2020. Dit voorstel is gebaseerd op een doelmatigheidsonderzoek naar het verzekeringen pakket en de historie van schade gevallen: Dit vanuit de vraag of het evalueren van lopende verzekeringen en nagaan of schades met een structureel karakter via exploitatie en de meer middelgrote schades via het weerstandsvermogen gedekt kunnen worden. Dat bleek voor een reeks verzekeringen het geval te zijn en op basis van het voorstel nemen we in deze begroting in het weerstandsvermogen een extra bedrag hiervoor op van € 110.000,-.

Dit bedrag is opgebouwd uit de volgende dekkingen:

Aansprakelijkheid  ed

50.000

Computerverzekering

   5.000

Cyberriskverzekering

50.000

Werkmaterieel

   2.000

Glasverzekering

25.000

Kunstverzekering

10.000

Fraude en berovingspolis

250.000

Onverzekerde schades

  25.000

Totaal

417.000

Dit totaal bedrag wordt in de berekening van het weerstandsvermogen meegenomen, maar werkt niet 1 op 1 door in het uiteindelijk benodigde weerstandsvermogen. Uitgaande van het gegeven dat niet alle risico’s tegelijk voorkomen, kent onze risicomodule een formule met een “Monte Carlo” simulatie. Uit die simulatie blijkt dat bij een risico van in totaal € 417.000  een verhoging van het weerstandsvermogen nodig is van
€ 110.000,-. Dit uitgaande op basis van historische gegevens van een beperkte kans op voorkomen (circa 15% -20%).

Wij stellen voor om voor de financiële effecten van de overige risico's in 2020 een bedrag van € 110.000,- te reserveren.

8. Overige risico's
Het gaat hierbij om een verscheidenheid aan risico's van calamiteiten, kwetsbaarheid of uitval van automatisering (privacy, datalekken, hacks), stagnering economie, personeelsrisico's, klimaatveranderingen, vergrijzing, het niet tijdig actualiseren van bestemmingsplannen, regels die wijzigen of anders geïnterpreteerd moeten worden zoals openbare orde, besmettelijke ziektes, etc. Dergelijke risico's worden waarschijnlijker aangezien de samenleving hogere eisen stelt en complexer wordt.

Hieronder vallen ook risico's die het gevolg zijn van Europees, nationaal, provinciaal en regionaal beleid dat gemeenten verplichtingen oplegt. De belangrijkste daarvan zijn calamiteiten, ruimtelijk beheer, rente-ontwikkelingen en de ontwikkeling van de algemene uitkering.

Wij stellen voor om voor de financiële effecten van de overige risico's in 2020 een bedrag van € 260.000,- te reserveren.

ga terug